Bezwaar Taxi Frans tegen strafbeschikking BCT ongegrond
Aan Taxi Frans zijn terecht lasten onder dwangsom opgelegd voor het rijden zonder BCT, zo oordeelt de bezwaarcommissie van inspectiedienst ILT. Eigenaar Frans Ritzerfeld tekende bezwaar aan en wilde vrijgesteld worden van de BCT-plicht. Ook eiste hij een schadevergoeding van 2 miljoen euro. In al deze kwesties krijgt hij vooralsnog niet zijn zin. Wel kan hij het nog hogerop zoeken.
Ritzerfeld verzet zich al langer tegen het verplichte gebruik van de boordcomputer taxi. Volgens de taxi-ondernemer uit Maastricht werkt de BCT niet goed en is deze onvoldoende aan de wet getoetst. Omdat hij het niet eens is met deze verplichting, rijdt hij zonder BCT. Dat kwam hem op meerdere boetes te staan. Ook werd één van de vier voertuigen in beslag genomen. Op 31 mei werden er vervolgens twee strafbeschikkingen opgelegd aan Taxi Frans en Taxi Frans Coöperatie. In beide gevallen ging het om een last onder dwangsom: uitgestelde boetes om herhaling van een overtreding of strafbaar feit te voorkomen.
Tegen die strafbeschikkingen tekende Ritzerfeld bezwaar aan. Op 20 juli vond daarom een hoorzitting plaats bij de ILT. Daarin werden de bezwaren tegen beide strafbeschikkingen behandeld. Ook kwam een door de taxi-ondernemer tegen de ILT ingediende klacht aan de orde.
Vrijstelling BCT-plicht
Tijdens de bijeenkomst kwam Ritzerfeld ook in opstand tegen het bestaan en gebruik van de BCT. Eerder stelde hij daar al een 120 pagina’s tellend bezwaarschrift voor op. Hij is onder meer van mening dat de BCT de privacy schendt, omdat er illegale gegevensopslag plaatsvindt. Hij verwees daarbij ook naar Europese jurisprudentie. Maar de voorzitter van de bezwaarcommissie gaf aan dat de hoorzitting alleen draaide om de opgelegde lasten onder dwangsom voor het rijden zonder BCT, niet om formele wetgeving en bestaande voorschriften aan te vechten.
Wat Ritzerfeld betreft is zijn probleem opgelost met een vrijstelling van de BCT-plicht. Zijn bedrijf zou zijn stilgelegd door de ILT, waar hij ook aan refereert als ‘de oppermacht’. Naast de vrijstelling van de BCT-plicht eiste hij een schadevergoeding van 2 miljoen euro. Hij stelde deze schade te hebben geleden als gevolg van de processen-verbaal die hij aan zijn broek kreeg.
Dwangsom terecht opgelegd
Aan Taxi Frans en Taxi Frans Coöperatie is op 31 mei een last onder dwangsom opgelegd wegens het overtreden van de wet: het verzorgen van taxivervoer zonder dat in het voertuig een boordcomputer taxi aanwezig was. In de beslissing van ILT wordt duidelijk dat de overtredingen zijn begaan. Politie en ILT hebben ze vastgesteld, en Ritzerfeld heeft ze ook niet ontkend.
Vervolgens was het de vraag of de lasten onder dwangsom terecht zijn opgelegd. Deze maatregel is een uitgestelde straf. Als de overtreding in kwestie opnieuw wordt begaan, wordt de dwangsom daadwerkelijk een boete. Uit alles blijkt dat in het geval van Taxi Frans herhaling mag worden verwacht. Om die reden is de dwangsom op de juiste gronden opgelegd.
In de beslissing gaat de ILT in op de door Ritzerfeld aangedragen bezwaargronden. Zo is de ILT het niets eens met de stelling dat de BCT niet deugdelijk werkt. Ook wordt opgemerkt dat Ritzerfeld zijn mening hierover kennelijk op ervaringen van anderen baseert, omdat hij zelf immers zonder BCT’s rijdt. Ritzerfeld verwees ook naar een nulmeting inzake de BCT, maar deze concludeert juist dat de BCT goed functioneert voor handhaving, al zijn er wel verbeteringen mogelijk.
Privacy
Ook de stelling dat er vrijstelling van de BCT-plicht zou zijn omdat er eerder niet door de ILT op bezwaren werd gereageerd, hield geen stand. Een reactie die uitblijft is geen reden om de wet naast je neer te leggen, aldus de bezwaarcommissie. En de stelling dat de BCT de privacy zou schenden en voor illegale gegevensopslag zorgt, wordt evenmin onderschreven door de commissie. Zo kunnen opgeslagen coördinaten alleen worden uitgelezen in opdracht van de officier van justitie en zijn die coördinaten niet te matchen met de klant in kwestie.
Het staat wat de bezwaarcommissie vast dat er terecht is gehandhaafd en dat er geen reden is om de lasten onder dwangsom te herroepen. Om die reden is er ook geen grond om de geëiste schadevergoeding van 2 miljoen euro toe te kennen. Ritzerfeld kan binnen twee weken na deze beslissing beroep instellen bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven.
Lees ook: